Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En de HEERE maakte Salomo groot ten hoogste voor de ogen van gans Israel; en Hij gaf aan hem [31]een koninklijke majesteit, zodanige aan geen [32]koning van Israel voor hem geweest is. 31. Hebreeuws, een majesteit des koninkrijks. 32. Noch rechter, noch regent, onder de Israelieten. Zie 1 Kon.3:13, en 2 Kron.1:12.